Tekst Bettine Hilbrands
Foto COVRA

Het Hoogradioactief Afval Behandelings- en Opslaggebouw (HABOG) van de Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval (COVRA) in Nieuwdorp wordt uitgebreid. Eind 2018 zijn de vloeren en de eerste wanden gestort. De aanbouw is onder andere noodzakelijk vanwege het langer openblijven van de kerncentrale in Borsele. De uitbreiding wordt medio 2021 in gebruik genomen en zorgt ervoor dat al het hoogradioactieve afval van Nederland ook in de toekomst gegarandeerd veilig opgeslagen is.

'Het opslaggebouw was al ontworpen met de bedoeling om het te kunnen uitbreiden door er extra opslagruimten tegenaan te kunnen zetten', zegt Ewoud Verhoef, plaatsvervangend directeur van de COVRA. ‘Het gebouw is modulair ontworpen. Overal in de bewapening zijn schroefkoppelingen aangebracht. Zo kun je de bewapening relatief eenvoudig verlengen en het gebouw uitbreiden.’

‘Als het gebouw af is, dan zit er meer staal in dan in de stalen constructie van de Eiffeltoren’, Ewoud Verhoef.

Eiffeltoren

De uitbreiding van de HABOG wordt, net als het gebouw zelf, zeer stabiel en robuust. ‘Het moet bestand zijn tegen elke ramp die zich eens per miljoen jaar zou kunnen voordoen’, vertelt Verhoef. ‘Dan moet je denken aan neerstortende vliegtuigen, overstromingen, windsnelheden van 450 km per uur, aardbevingen en gaswolkexplosies. Dat betekent heel veel beton en heel veel staal. Als het gebouw af is, dan zit er meer wapeningsstaal in dan in de stalen constructie van de Eiffeltoren. Met behulp van allerlei modellen van verschillende partijen hebben we berekend hoe de grond zich gaat gedragen als je direct naast het bestaande gebouw nóg een zwaar gebouw neerzet. En nu, terwijl we aan het bouwen zijn, meten we hoe de grond inklinkt en of dat klopt met de modellen. Wanneer we zeker weten dat het gedrag van de grond de berekening volgt, maken we de bijbouw en het bestaande gebouw aan elkaar vast.’

Veiligheid en beveiliging

‘Voor de ANVS is het van belang dat de COVRA kan aantonen dat het bestaande gebouw ook tijdens de bouw aan alle eisen blijft voldoen’, zegt coördinerend inspecteur Martijn van Vliet, die vanuit de ANVS op de bouw toeziet. 'Dat geldt niet alleen voor de veiligheid, maar ook voor de beveiliging. Er komen allemaal nieuwe mensen op de werkvloer en dat heeft invloed op het beveiligingspakket. Vanuit de ANVS trekken de mensen van Safety en van Security daar samen in op.’ Inmiddels zijn de vloeren en de eerste wanden van de aanbouw gestort. ‘We komen nu in de fase dat de COVRA aan ons gaat voorleggen hoe ze de gebouwen aan elkaar gaan maken. Voor ons is het belangrijk dat het bestaande hoogradioactieve afval in alle verschillende fasen van het traject veilig blijft opgeborgen.’

Beschikbaarheid HABOG

Volgens de planning worden de aanbouw en het bestaande gebouw medio 2020 aan elkaar vastgemaakt. Om ervoor te zorgen dat het afvalverwerkingsproces niet gehinderd wordt door het bouwproces, wordt er dan geen radioactief afval meer in het HABOG aangevoerd en verwerkt. ‘Het is niet wenselijk om handelingen met afval te verrichten terwijl ze daarnaast aan het zagen en schilderen zijn’, aldus Van Vliet. Verhoef: ‘We proberen daar samen met de afvalproducenten omheen te plannen. Dat is gelukkig goed mogelijk. Sowieso zitten we periodiek met alle producenten van hoogradioactief afval om de tafel om de beschikbaarheid van het HABOG te plannen. Ook tijdens normaal bedrijf kunnen ze niet allemaal tegelijk komen. In diezelfde systematiek hebben we nu de periode meegenomen waarin het HABOG geen nieuw afval accepteert.’

Coördinerend overleg

Bij zo’n bouwproces hebben meerdere partijen een rol. Daarom komen alle bevoegde gezagen regelmatig bij elkaar voor een coördinerend overleg. Verhoef: ‘Je hebt te maken met verschillende soorten wet- en regelgeving die op veel punten goed op elkaar aansluiten, maar niet op alle punten. Dan is het praktischer om met alle partijen, zoals de veiligheidsregio, de ANVS, de afdeling bouwtoezicht van de gemeente en de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid, om de tafel te gaan en samen afspraken te maken over de eisen waar zo’n gebouw aan moet voldoen. De mensen van beveiliging zien misschien liever geen vluchtwegen, terwijl de brandweer daar weer heel anders over denkt. Interactie tussen de partijen is dan van wezenlijk belang.’ Van Vliet: ‘Dit coördinerend overleg was tijdens de bouw van eerdere gebouwen al goed bevallen, dus dezelfde methode is nu ook gebruikt. Door de afstemming voorkom je dat je dingen mist of dubbel doet. En het zorgt ervoor dat er ook deze keer goed samengewerkt wordt met de gemeente Borsele’.

Kwaliteit

Van Vliet: ‘Als inspecteur kun je niet alles zien. Dat hoeft ook niet. Op bepaalde momenten ben ik aanwezig, maar de rest van de week moet het ook goed gaan. Daarom kijk ik niet alleen naar concrete vragen, maar ook naar hoe de COVRA daarmee omgaat. Er zijn vooraf duidelijke eisen gesteld aan de kwaliteitscontrole van ontwerp en uitvoering door de COVRA zelf, onafhankelijk van de gekozen bouwvorm. Daarnaast zijn er heldere toetsmomenten afgesproken. Het toezien op dit soort complexe projecten is altijd maatwerk. De inspecties zijn vooral bedoeld om te toetsen of de gemaakte afspraken gevolgd worden.’ Verhoef: ‘Het belangrijkste bij dit soort installaties is dat je een gedegen planning moet maken en dat je zowel in de voorbereidende fase als tijdens de bouw veel zorg moet besteden aan de kwaliteit van het opgeleverde werk. Daarbij is het fijn dat er extra mensen meekijken, zodat we zeker weten dat het radioactieve afval van Nederland veilig opgeborgen kan worden. Daar hebben wij een taak in, maar het is ook belangrijk dat er overheden en inspecties zoals de ANVS met ons meekijken. Uiteindelijk maakt dat het project beter en sterker. Wij waarderen de samenwerking met en de inspectie door de ANVS dan ook enorm. Dat komt de kwaliteit ten goede.’